De vorige aflevering van deze rubriek draaide om het KRO Kinderzangfestival. Onder de tekstschrijvers en componisten die liedjes maakten daarvoor was Sant Heijermans , die onlangs 90 is geworden. Een veelzijdig talent, ze was actief als danseres, zangeres, cabaretière, tekstschrijfster en liedjesmaakster.
Toch is Sant Heijermans altijd een beetje de (klein)dochter- en vrouw-van gebleven. Als de toneelschrijver Herman Heijermans je grootvader was, en als actrice en schrijfster Hermine Heijermans en acteur Henri Eerens je ouders waren en je zelf getrouwd was met pianist, componist en arrangeur Ru van Veen sta je in veel schaduw. Maar ze verdient wel degelijk een plek in de schijnwerpers.
Sant Heijermans maakte ook zelf programma’s, waaronder de cabaretproductie Menselijkerwijsjes in 1965, voor de NCRV. Het Parool (21-12-1965) typeerde het als ‘cabaret van de huiselijke aard’. "In mijn werk is de menselijke maat belangrijk," vertelt ze. "Gewone emoties. Dat ligt dicht bij mij." Dat spreekt ook uit de liedjes die van haar zijn opgenomen in de bladmuziekcollectie van de Stichting Omroep Muziek. Voor het Kinderzangfestival van de KRO schreef ze onder meer Het zat me niet echt mee vandaag, Ergens op de wereld, en het muziekpedagogische Wat in mij zingt. "Ik schreef daarnaast veel voor Paula van Alphen, die een kinderkoor had." Van Alphen zat ook in de jury van het Kinderzangfestival.
De liedjes van Sant Heijermans maakte ze in samenwerking met haar man, pianist en componist Ru van Veen (overleden in 1988), de vaste begeleider van Wim Kan. In zijn dagboeken schreef Kan over Van Veen onder meer: "Zodra ik een tekst geschreven heb, gaan we samen bij de piano zitten en behoedzaam – woord voor woord, zinnetje na zinnetje - laat hij alles over zich komen. Hij luistert, hij wikt, hij weegt. Hij plaatst mijn woordkeus in zijn notenland." Op vergelijkbare manier kwamen de liedjes van Sant Heijermans tot stand. "Ik zong ze in op mijn recordertje en mijn man werkte dat uit in notenschrift, dat kon ik niet. En hij maakte er ook arrangementen van voor de orkesten. Hij was heel inspirerend, altijd enthousiast en dat zette mij aan om iets te maken. Liedjes maken vond ik bevredigend werk, omdat je vorm kunt geven aan de dingen die je bezighouden."
Dit artikel is verschenen in afl. 2 van RECORDER, magazine over mediahistorie.